Presentatie rapport aan de raad
Na publicatie volgt de presentatie van het rapport aan de raad. Dat kan op veel manieren: wel of niet in aanwezigheid van de rekenkamer, aan de raad als geheel of eerst aan de commissie etc.
Het komt de besluitvorming over een rekenkamerrapport in de raad ten goede, als de raad vóór de plenaire behandeling met de rekenkamer van gedachten heeft kunnen wisselen over het gepresenteerde rapport. De raad kan vragen stellen en de rekenkamer kan het rapport en de achtergronden van het onderzoek nog eens toelichten. De besluitvorming over een rekenkamerrapport vindt bij voorkeur plaats d.m.v. een raadsvoorstel.
Er zijn veel manieren waarop gemeenteraden in het land de besluitvorming over rekenkamerrapporten in de raad voorbereiden. De drie belangrijkste vormen zijn:
- Bespreking in een vaste raadscommissie (dat kan een aparte ‘commissie voor de rekenkamer’ zijn, maar ook bijvoorbeeld de ‘commissie Algemene zaken’ ). Een mogelijke variant hierop is dat al naar gelang het onderwerp deze commissie wordt aangevuld met de leden uit een of meer vakcommissies. Ook kan er een gezamenlijke commissievergadering worden belegd.
- Bespreking in de voor het onderwerp geëigende vakcommissie.
- Bespreking in een politieke markt (ad hoc samenstelling van de raadsdelegatie waarmee het rapport besproken wordt).
Verloop van de presentatie aan de raad
Voor een goede behandeling van het rekenkamerrapport is het van belang, dat de procedures voor behandeling voor alle deelnemers duidelijk zijn.
De voorzitter van de betreffende commissie of politieke marktbijeenkomst heeft daarbij een belangrijke rol. Hij of zij moet te bewaken, dat de afgesproken procedure bij behandeling in de betreffende (commissie)bijeenkomst ook daadwerkelijk wordt gevolgd. De commissie of raadsdelegatie besluit vervolgens zelf over de verdere behandeling van het rapport. Bijvoorbeeld of het rapport nog afzonderlijk in de gehele raad wordt behandeld (zonder een actieve rol van de rekenkamer(commissie).
De presentatie aan cq. bespreking met de raad kan er als volgt uit zien:
- presentatie door de rekenkamer van het onderzoeksrapport;
- beantwoording van vragen van de commissieleden (of raadsdelegatie);
- rekenkamer maakt plaats voor portefeuillehouder(s)
- gedachtewisseling van commissieleden met college;
- conclusies m.b.t. de gedane aanbevelingen.
Desgewenst kan de rekenkamer of de griffie de raads- of commissieleden in hun voorbereiding tegemoet komen, door de belangrijkste te stellen vragen over het onderzoeksrapport en de antwoorden daarop alvast op papier te zetten. De rekenkamer(commissie) kan ook suggesties doen voor vragen aan het college.
Loskoppelen presentatie en debat
Bij voorkeur wordt de presentatie en de toelichting door de rekenkamer aan de raadscommissie of politieke markt losgekoppeld van het debat tussen raad en wethouder. Als bijvoorbeeld ook de wethouder zou kunnen deelnemen aan het open vraag- en antwoordspel tussen rekenkamer en raad, zou deze gedachtewisseling al snel het karakter van een raadsdebat kunnen krijgen. Hierbij loopt de rekenkamer het risico in een onwenselijke positie tussen raad en wethouder terecht te komen.
Het is in veel gemeenten gebruikelijk het politieke debat pas te agenderen, nadat de raad een bestuurlijke reactie van het college op het rapport heeft ontvangen.