De rekenkamercommissie onderzocht het minimabeleid van de gemeente Coevorden. De rekenkamercommissie heeft vanuit de inwoner gekeken waar het beleid beter kan en moet. Inwoners die zelf te maken hebben met het minimabeleid waren betrokken bij het onderzoek.
De rekenkamercommissie stelt vast dat het beleid op orde is. Het beleid van de gemeente is erg op aanbod gericht. Er zijn veel regelingen waar inwoners gebruik van kunnen maken. De gemeente heeft echter geen inzicht in het bereik en het maatschappelijke effect van de nagestreefde participatie in de samenleving. Inwoners die gebruik maken van de regelingen, zijn over het algemeen tevreden en kunnen daardoor beter meedoen in de samenleving.

Onderzoeksbureau CAB te Groningen heeft dit onderzoek uitgevoerd. De onderzoekers hebben contact gezocht met inwoners die onder het minimabeleid vallen. Dat zijn mensen met een laag inkomen.

Conclusies
De rekenkamercommissie concludeert dat het minimabeleid sociaal is en flexibel wordt toegepast. In Coevorden leven naar verhouding meer huishoudens in armoede. Het bereiken van de inwoners uit de doelgroep kan beter. De inwoners die bereikt worden en gebruik maken van de regelingen zijn over het algemeen tevreden over de uitvoering en de werking daarvan. De uitgaven zijn onvoldoende inzichtelijk gemaakt voor de raad. Sturing, monitoring, controle van het beleid door de gemeenteraad kan beter.

Aanbevelingen
De rekenkamercommissie doet vier aanbevelingen om de uitvoering van het minimabeleid te verbeteren:
1. Focus op uitvoering en verbetering bereik inwoners.
2. Wijs contactpersonen aan in de dorpen wijken/buurten.
3. Evalueer de uitvoering van de Doe-Mee-Pas.
4. Maak als raad met het college afspraken over monitoring en informatieverstrekking.

De rekenkamercommissie heeft het eindrapport op 29 juni aan de raad gestuurd. De gemeenteraad bespreekt het rapport in september.