Skip to main content

Nieuwe voorzitter landelijke kenniskring

Gepubliceerd op:
vrijdag 18-03-2022
Gepubliceerd door:
NVRR secretariaat

Nieuwe voorzitter landelijke kenniskring

Recent heeft Tineke van dan Biggelaar aangegeven te stoppen als voorzitter van de landelijke kenniskring. We hebben Tineke namens de NVRR hartelijk bedankt voor haar jarenlange inzet. We hebben inmiddels ook een opvolger voor Tineke gevonden: Birgitta Dolfing.

Vijf vragen aan Birgitta Dolfing:

Wie is Birgitta Dolfing?

Een geboren en getogen Zutphense. Nadat ik Zutphen verliet voor een studie geschiedenis in Groningen, gevolgd door een kwart eeuw wonen en werken in Leiden ben ik terug gekeerd naar een woon- en werkomgeving in de bossen van de Veluwe. Ik woon nog steeds op de Veluwe, maar werk sinds vorig voorjaar bij de gemeente Zutphen. Eerst alleen parttime als onderzoeker en griffier van de rekenkamercommissie. Per 1 april dit jaar ook als raadsadviseur. Dus de cirkel is rond.
Wie ben ik als persoon? Een historicus: altijd nieuwsgierig hoe dingen tot stand gekomen zijn, waarom gaat het zoals het gaat? Ook om nadrukkelijk een relatie met het heden te leggen, niet alleen op het verleden gericht. Ik houd van de combinatie van het meer solistische werk als onderzoeker en werk waarin ik onderdeel ben van een team en een netwerk. En dat alles graag met ruimte voor humor.

Hoe ben je in de wereld van de rekenkamers terecht gekomen?

Oude liefde roest niet.
Ik ben afgestudeerd in Nieuwste Geschiedenis op de rekenkamer tijdens Willem I. ik wilde aanvankelijk archivaris worden en richtte mij daarom voornamelijk op de institutionele geschiedenis van Nederland. Na een promotieonderzoek naar de waterschappen (wat is hun geheim dat ze zijn blijven voortbestaan?) een kleine 20 jaar werkzaam ben geweest op het terrein van openbare orde, veiligheid en crisisbeheersing. En door de jaren heen heb ik altijd interesse gehouden in het werk van de rekenkamer. Om op een onafhankelijke manier het openbaar bestuur kritisch te volgen en te ondersteunen. Ik vind het nog altijd jammer dat Prinsjesdag veel aandacht krijgt, maar de derde dinsdag in mei niet. Een paar jaar geleden ben ik bij mezelf nagegaan of ik nog energie kreeg van mijn werk en of ik mij dit zag toen tot mijn pensioen. Het antwoord was ontkennend. Het antwoord op de vraag wat dan te willen doen, was opnieuw de focus op analyseren, onderzoeken en de resultaten delen. En toen kwam het rekenkamerwerk weer naar de voorgrond.

Wat zijn je speerpunten als nieuwe voorzitter van de landelijke kenniskring?

Netwerk opbouwen en onderhouden. Ik houd ervan om mensen bij elkaar te brengen.
Ik heb zelf in eerdere werkkringen van waterstaat en openbare orde en veiligheid altijd graag deelgenomen aan workshops en bijeenkomsten en deze ook mede georganiseerd. Het biedt de gelegenheid om even uit de routine van alle dag te stappen, afstand te nemen en inspiratie op te doen om je werk goed, beter, anders te kunnen doen. Via sprekers en contact leggen met collega’s.
Ik hoop ook dat het netwerk uitgebreid kan worden om dit aan meer collega’s te bieden.

Hoe kan de positie van de kenniskring binnen de NVRR nog meer versterkt worden?

Dat is een lastige vraag, ook omdat ik nog relatief nieuw in dit veld ben. Ik vind het in het algemeen belangrijk dat er verbinding is tussen het de mensen in het veld en degenen die er verder vanaf staan. Als daartussen communicatie is dan zijn beide partijen daarbij gebaat.
En verder zijn er vast genoeg collega’s die mij hier ideeën over hebben. Ik nodig iedereen bij deze alvast uit om ze met mij te delen.

Welke vraag die we niet hebben gesteld zou je graag willen beantwoorden? En wat zou je antwoord zijn?

Wat trekt je aan in het werk bij een rekenkamer(commissie)?
Het betrokken zijn bij openbaar bestuur en tegelijk niet in de spotlights staan. Het afstand nemen, analyseren en bekijken hoe bestuurders hun werk doen. Zoals ik eerder de waterschappen bekeek en ook nog wel op afstand volg. Maar toch met minder intrinsieke belangstelling dan rekenkamers.


NB Naarmate de datum waarop dit bericht gepubliceerd is verder in het verleden ligt, neemt de actualiteitswaarde af. Ook kan het bericht ingehaald zijn door de nieuwe actualiteit. Raadpleeg indien nodig ook andere bronnen.